Перевод: со всех языков на все языки

со всех языков на все языки

Со всех языков на:
Все языки
Со всех языков на:
Все языки
Английский
Нидерландский
Французский

rood kleuren

Толкование Перевод

1 empurple

v. paars schilderen of kleuren; blozen

empurple

[ impə:pl]

1 purper(rood) kleuren

English-Dutch dictionary > empurple
2 ensanglanter

ensanglanter [ãsãglãtee]

〈 werkwoord〉

1 met bloed bevlekken

2 bezoedelen

3 〈 formeel〉 rood kleuren

♦voorbeelden:

1 visage ensanglanté • bebloed gezicht

Dictionnaire français-néerlandais > ensanglanter
3 Red Green Blue

Rood Groen Blauw, de basis kleuren die worden gebruikt om een kleurenafbeelding te creëren, RGB

English-Dutch dictionary > Red Green Blue
4 flush

adj. vloed, (plotselinge) stroom; (water)spoeling; weelderig groei; opwinding, roes; blos; flush (kaartspel); rijkelijk voorzien; doorspoelen, doortrekken (v. toilet); kleuren, blozen; onder water zetten
--------
n. rood aangelopen (van blozen); wegspoeling, afspoeling; verlossing; stroom water; vooruitstrevenheid; enthousiasme, opwinding; kracht
--------
v. blozen; rood worden; weg stromen (met water), doortrekken (toilet), snel stromend; ophitsen; (in computers) een deel van het geheugen vrijmaken, het geheugen schonen (legen)

flush¹

[ flusj] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 vloed ⇒ (plotselinge) stroom, vloedgolf

2 (water)spoeling ⇒ het door/om/schoonspoelen

3 (plotselinge) overvloed 〈 voornamelijk van planten〉 ⇒ weelderige groei

4 opwelling ⇒ vlaag

5 opwinding ⇒ uitgelatenheid, roes

6 frisheid ⇒ bloei, kracht

7 blos

8 〈 kaartspel〉 flush 〈 serie kaarten van zelfde kleur〉

♦voorbeelden:

2   give the teapot a flush • spoel de theepot even om

5   in the first flush of victory • in de overwinningsroes

¶ 〈 informeel〉 in a flush • verward, verbijsterd

→ royal royal/

————————

flush²

〈bijvoeglijk naamwoord; voornamelijk predicatief〉

1 goed/rijkelijk voorzien ⇒ 〈 in het bijzonder〉 goed bij kas

2 gelijk ⇒ vlak

♦voorbeelden:

1   flush with money • goed bij kas

2   flush with the wall • gelijk met de muur

————————

flush³

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 doorspoelen ⇒ doortrekken 〈 van toilet〉

2 kleuren ⇒ blozen

3 op/wegvliegen

♦voorbeelden:

2   flush up • kleuren, blozen

     flush with shame • rood worden van schaamte

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 (schoon)spoelen ⇒ om/uit/doorspoelen

2 onder water zetten ⇒ doen onderlopen

3 doen kleuren/blozen

4 opwinden ⇒ opgetogen maken, aanvuren

5 doen op/wegvliegen ⇒ op/verjagen

♦voorbeelden:

1   flush something away/down • iets wegspoelen

2   flushed meadows • weiden die blank staan

4   flushed with happiness • dolgelukkig

     flushed with victory • in een overwinningsroes

5   flush someone out of/from his hiding place • iemand uit zijn schuilplaats verjagen

————————

flush⁴

〈 bijwoord〉

1 gelijk ⇒ vlak

2 precies ⇒ vol

♦voorbeelden:

1   fit flush into • gelijk vallen/zijn met, één vlak vormen met

2   the ball hit him flush on the face • hij kreeg de bal pal in zijn gezicht

English-Dutch dictionary > flush
5 crimson

n. "Crimson" (karmozijn), naam van verschillende sportploegen op Universiteit van Harvard in Boston (V.S.)

crimson¹

[ krimzn] 〈zelfstandig naamwoord; bijvoeglijk naamwoord〉

1 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 karmozijn(rood) ⇒ karmijnen

2 〈 zelfstandig naamwoord〉 karmozijn(rood) ⇒ karmijn(rood)

♦voorbeelden:

1 turn crimson • (vuur)rood aanlopen

————————

crimson²

〈 werkwoord〉

1 karmozijn(rood) worden/kleuren

2 (diep) (doen) kleuren/blozen ⇒ (vuur)rood (doen) aanlopen

English-Dutch dictionary > crimson
6 colour

n. kleur, schakering
--------
v. kleuren, verven

colour¹

, 〈 Amerikaans-Engels spelling〉 color [ kullə]

I 〈 telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 kleur

2 verf(stof) ⇒ kleurstof, pigment

3 kleurtje ⇒ gelaatskleur, tint

♦voorbeelden:

1   〈 figuurlijk〉 paint in glowing colours • zeer enthousiast beschrijven

3   have a high colour • een rood hoofd hebben

     change colour • van kleur verschieten

     lose colour • bleek worden

     have little colour • er bleekjes uitzien

¶ let's see the colour of your money • laat eerst je geld eens zien, eerst betalen

II 〈 niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉

1 donkere huidkleur

2 〈 benaming voor〉 coloriet ⇒ kleur; schilderachtigheid; levendigheid, bloemrijke stijl

3 schijn (van werkelijkheid) ⇒ uiterlijk

4 soort ⇒ aard, slag

♦voorbeelden:

3   give/lend colour to • geloofwaardiger maken

¶ be/feel/look off colour • zich niet lekker voelen

III 〈 meervoud〉

1 〈 the〉 nationale vlag ⇒ vaandel

2 clubkleuren ⇒ insigne, lint

3 gevoelens ⇒ positie, opvatting

♦voorbeelden:

1   salute the colours • het vaandel groeten

2   get/win one's colours • opgesteld worden, meespelen in de ploeg

3   〈 informeel〉 show one's (true) colours • zijn ware gedaante tonen

¶ 〈 informeel〉 with flying colours • met vlag en wimpel

     trooping the colour(s) • vaandelceremonie bij het wisselen van de wacht

→ false false/

————————

colour²

, 〈 Amerikaans-Engels spelling〉 color

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 kleur krijgen ⇒ kleuren

2 blozen ⇒ rood worden

3 van kleur veranderen

♦voorbeelden:

2   colour up • blozen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 kleuren ⇒ verven

2 verbloemen ⇒ vermommen

3 verkeerd voorstellen ⇒ verdraaien

4 beïnvloeden

English-Dutch dictionary > colour
7 färben

färben

I    〈onovergankelijk werkwoord; haben〉〈 informeel〉

1 kleur afgeven

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 kleuren, verven 〈 ook figuurlijk〉

2 〈 figuurlijk〉 kleuren ⇒ tinten

♦voorbeelden:

1    〈 figuurlijk〉 Schamrot färbte ihre Wangen • schaamrood kleurde haar wangen

2    etwas durch eine gefärbte Brille sehen • iets door een gekleurde bril zien

III sich färben 〈 wederkerend werkwoord〉

1 kleuren, (een) kleur krijgen

♦voorbeelden:

1    der Himmel färbte sich rot • de lucht kleurde rood

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > färben
8 rougir

rougir [roezĵier]

I    〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 rood worden ⇒ blozen, een kleur krijgen

2 〈+ de〉 zich schamen (voor)

♦voorbeelden:

1    rougir jusqu'aux yeux, oreilles • 'n kleur krijgen tot achter de oren

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 rood maken, kleuren

♦voorbeelden:

1    rougir son eau • een beetje wijn in zijn water doen

〈 figuurlijk〉 rougir ses mains • een moord begaan

v

1) blozen

2) zich schamen (voor)

3) rood maken

Dictionnaire français-néerlandais > rougir
9 miniate

v. met rode letters decoreren; rood of scharlakenrood kleuren, rood verven

English-Dutch dictionary > miniate
10 röten

röten

I 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 rood maken, kleuren

II sich röten 〈 wederkerend werkwoord〉

1 rood worden ⇒ een rode kleur krijgen

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > röten
11 CMYK

(in computers) CMYK: Cyan (licht blauw), Magenta (cerise rood), Yellow (geel) en K (zwart) - de standaard kleurenstandaard voor vierkleurendruk gebaseerd op subtractieve kleuren

CMYK (Cyan Magenta Yellow Black)

English-Dutch dictionary > CMYK
12 couleur

couleur [koelur]

〈v.〉

1 kleur

2 verf ⇒ kleurstof

3 〈 meervoud〉 kleuren ⇒ vlag

♦voorbeelden:

1    femme, homme de couleur • kleurling(e)

linge de couleur • bontgoed

couleur paille • strokleurig

télé couleur • kleurentelevisie

avoir de belles couleurs • er gezond uitzien

couleur composée • mengkleur

〈 figuurlijk〉 couleur locale • karakteristieke bijzonderheden

vocabulaire plein de couleur • kleurrijke woordenschat

〈 sport en spel〉 annoncer la couleur • troef maken 〈 bij kaartspel〉; kleur bekennen

changer de couleur • van kleur verschieten; 〈 figuurlijk〉 van politieke richting veranderen

laver le blanc et la couleur • witgoed en bontgoed wassen

〈 figuurlijk〉 prendre couleur • duidelijker worden, zich beter aftekenen

reprendre des couleurs • weer kleur krijgen, bruin worden

film en couleurs • kleurenfilm

style sans couleur • matte stijl

sous de nouvelles couleurs • in een geheel nieuw, ander daglicht

2    couleurs à l'huile • olieverf

sans couleur • verfloos

  → goût

3    les trois couleurs • de driekleur

〈 leger〉 amener, rentrer les couleurs • de vlag strijken

〈 leger〉 envoyer, hisser les couleurs • de vlag hijsen

¶    en dire de toutes les couleurs à qn. • iemand alle mogelijke verwijten naar het hoofd slingeren

en faire voir à qn. de toutes les couleurs • iemand het leven zuur maken

passer par toutes les couleurs • afwisselend rood en bleek worden (van emotie)

vous n'en verrez plus la couleur • die zie je nooit meer terug

1. f
1) kleur

2) verf, kleurstof

3) partij
2. couleurs
f pl

nationale vlag

Dictionnaire français-néerlandais > couleur
13 rodna

1) kleuren

2) blozen

3) rood worden

Kompakt Svensk-Nederländska ordbok > rodna
14 gloeiend

gloeiend

I 〈 bijvoeglijk naamwoord〉

1 [algemeen] brûlant

2 [hartstochtelijk] ardent

♦voorbeelden:

1   een gloeiende hitte • une chaleur torride

     gloeiende kolen • braise

     een gloeiende soep • un potage brûlant

     gloeiende wangen • joues brûlantes

     de kachel staat gloeiend • le poêle chauffe à blanc

2   gloeiende blikken • regards de braise

     gloeiende geestdrift • (un) ardent enthousiasme

     een gloeiende kus • un baiser brûlant

¶   iets met gloeiende kleuren schilderen • donner à qc. de chaudes couleurs

II 〈 bijwoord〉

1 [in hoge mate] tout à fait

♦voorbeelden:

1   het er gloeiend mee eens zijn • être tout à fait d'accord avec qc.

     gloeiend heet • brûlant

     gloeiend rood • d'un rouge ardent

     er gloeiend bij zijn • ne pas y couper (d'une punition, d'une amende)

Deens-Russisch woordenboek > gloeiend
15 knal

knal¹

〈de〉

1 bang ⇒ pop, 〈 donder, applaus〉 clap

♦voorbeelden:

1   de knal van een champagnekurk • the pop of a champagne cork

     met een luide knal • with a big bang

————————

knal²

〈bijvoeglijk naamwoord; meestal in samenstellingen〉

1 [geweldig, reuze] smashing ⇒ great

2 [van kleuren] [fel] loud ⇒ garish

♦voorbeelden:

1   een knalfeest • a smashing party

2   knalgeel/groen/rood • bright yellow/green/red

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > knal
16 knallen

knallen

I    〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 knallen ⇒ met een knal vallen

2 〈informeel; figuurlijk〉 schreeuwen 〈 van kleuren〉 branden 〈bijv. van de zon〉

♦voorbeelden:

1    〈 informeel〉 gleich knallts! • zo dadelijk krijg je een mep!

〈 informeel〉 an der Ecke hat es geknallt • op de hoek is er een botsing geweest

〈 informeel〉 bei den Nachbarn hat es geknallt • bij de buren is krakende ruzie

2    das Rot knallt • dat rood is te fel

II 〈 overgankelijk werkwoord〉〈 informeel〉

1 smakken, kwakken ⇒ slaan

2 paffen, (af)knallen ⇒ schieten

♦voorbeelden:

2    〈 sport en spel〉 eine Bombe aufs Tor knallen • een kanjer op het doel afvuren

〈 figuurlijk〉 das ist zum Knallen • dat is om je een bult te lachen

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > knallen
17 malen

malen

I    〈overgankelijk & onovergankelijk werkwoord〉

1 schilderen ⇒ kleuren, verven

2 afschilderen ⇒ aanschouwelijk weergeven

♦voorbeelden:

1    große Buchstaben malen • grote letters tekenen

rot gemalte Lippen • rood geverfde lippen

in Öl malen • in, met olieverf schilderen

nach dem Leben malen • naar het leven schilderen

2    etwas grau in grau malen • iets somber afschilderen

¶    ein Anblick zum Malen • een kostelijk gezicht

eine Landschaft zum Malen schön • een landschap dat je zó zou willen schilderen

II sich malen 〈 wederkerend werkwoord〉〈 formeel〉

1 zich weerspiegelen

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > malen

См. также в других словарях:

Flagge der Niederlande — Vexillologisches Symbol: ? … Deutsch Wikipedia
Niederländische Flagge — Flagge der Niederlande Vexillologisches Symbol … Deutsch Wikipedia
Ferdinand Bordewijk — (Amsterdam, the Netherlands, 10 October 1884 The Hague 28 April 1965) was a Dutch author. His style, which is terse and symbolic, is considered magic realism. He was awarded the prestigious P.C. Hooftprijs (P.C. Hooft award) in 1953 and the… … Wikipedia
Mohammed Bouyeri — Born 8 March 1978 (1978 03 08) (age 33) Amsterdam, Netherlands Charge(s) Murder, terrorism Penalty Life without parole … Wikipedia
Fadrhonc — František Fadrhonc Spielerinformationen Geburtstag 18. Dezember 1914 Geburtsort Nymburk, Österreich Ungarn Sterbedatum 9. Oktober 1981 Sterbeort Nikosia, … Deutsch Wikipedia
Frantisek Fadrhonc — František Fadrhonc Spielerinformationen Geburtstag 18. Dezember 1914 Geburtsort Nymburk, Österreich Ungarn Sterbedatum 9. Oktober 1981 Sterbeort Nikosia, … Deutsch Wikipedia
František Fadrhonc — František Fadrhonc Spielerinformationen Voller Name Dr. František Fadrhonc Geburtstag 18. Dezember 1914 Geburtsort Nymburk, Österreich Ungarn Sterbedatum … Deutsch Wikipedia
Terschelling — Gemeinde Terschelling Flagge Wappen Provinz Friesland Bür … Deutsch Wikipedia
West-Terschelling — Gemeinde Terschelling Flagge Wappen Provinz … Deutsch Wikipedia
Royal Antwerp Football Club — Ne pas confondre avec K. FC Germinal Beerschot Antwerpen, un autre club anversois de football. Infobox club sportif Royal Antwerp FC … Wikipédia en Français

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: со всех языков на все языки

rood kleuren

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: со всех языков на все языки

rood kleuren

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: